Skip to main content

logo OC


Blog 5 Zorg voor lucht op de pagina


Sommige teksten ga ik minder snel lezen als de pagina te vol is. Ook haak ik af wanneer de tekst met te kleine letters is geschreven, er weinig tot geen witregels ingevoegd zijn en er ook geen andere middelen zijn gebruikt om de structuur van de tekst te verhelderen. Als lezer moet ik dan te veel moeite doen om de tekst in me op te nemen.

Scherm en papier
En dat is zonde, want jij hebt als schrijver je best gedaan om een inhoudelijk goede tekst te produceren, maar alle moeite is vergeefs als niemand deze tekst daadwerkelijk leest. Op papier leest die tekst overigens gemakkelijker dan vanaf een scherm. Dat scherm nodigt ook nog eens uit tot scrollen, terwijl je een uitgeprinte tekst misschien nog een kans geeft. Per slot van rekening heb je de printer aan het werk gezet. Ook zonde voor de inkt en het papier.

Help de lezer
Als schrijver is het je taak om je lezers zoveel mogelijk te helpen. Dus bouw voldoende marges in, zowel links als rechts op de pagina. Zorg ook voor een normale regelafstand en voeg regelmatig een witregel in, op een logische plaats natuurlijk. Verder ben ik dol op tussenkopjes. Ze geven de lezer immers snel een indruk van wat er komt. Het spreekt vanzelf dat je een tekst niet begint zonder een titel. Waarom zou een lezer er anders aan beginnen?

Ordening zichtbaar maken
Behalve met tussenkopjes kun je de lezer ook in de arm nemen door op andere manieren de ordening in je tekst zichtbaar te maken. Denk dan aan opsommingstekens, nummeringen, een tabel, een schema en signaalwoorden. Die laatste zorgen ervoor dat voor de lezer duidelijk is hoe woorden, zinnen of grotere delen van de tekst met elkaar in verband staan. Ze verbinden en geven structuur aan. Heeft de lezer bijvoorbeeld te maken met een toelichting, een tegenstelling, een verklaring of een conclusie?

Verbanden duidelijk maken
Die verbanden vind jij waarschijnlijk logisch, maar het is de vraag of jouw lezer meegaat in jouw logica. Je tekst moet geen puzzel worden. Maak dus je opbouw duidelijk en de samenhang zichtbaar. En lukt dit jezelf niet: laat het gerust aan mij over.

 




Blog 4 Niet te genuanceerd


In het dagelijks leven probeer ik me genuanceerd op te stellen. Dat betekent dat ik wik en weeg, de andere kant wil zien en zorgvuldig probeer te zijn. Meestal zien anderen dit als goede eigenschappen. Ook in teksten mag je genuanceerd zijn, maar moet je daarin niet doorslaan door veel onzekere woorden te gebruiken. Wees dan ook met mate voorzichtig.

Te voorzichtig
Dat zegt Wouter van Wingerden, die recent een boek heeft geschreven met de titel: Weg met slechte teksten. Volgens hem schrijf je betere teksten als je weinig woorden gebruikt als allicht, een beetje, enigszins, ergens, even, eventueel, had, hopen, iets, kunnen, misschien, mocht, mogelijk, mogen, neigen, proberen, soms, streven, vermoedelijk, waarschijnlijk, was, wellicht, willen en zouden. Maar het weglaten hiervan is misschien best wel eng.

Vaag
Onzekere woorden gebruiken voelt dan ook veiliger. Je houdt immers een slag om de arm, kunt nog iets anders vinden of doen en de ander kan je in ieder geval nergens op vastpinnen. Het lijkt alsof je toch nog een ontsnappingsmogelijkheid wilt inbouwen, voor het geval het toch nog anders loopt. Ook lijkt het alsof je je achter anderen verschuilt of achter je eigen twijfels. Lezers weten echter niet meer waar ze aan toe zijn, omdat je zo vaag bent.

Overtuigingskracht
Wees je er dus van bewust dat onzekere woorden niet helpen als je met je tekst iemand wilt overtuigen. Bovendien heb je die twijfelwoorden helemaal niet nodig als je zeker bent van je zaak. En als je dat niet bent, dan moet je je afvragen of dit dan het juiste moment is om te communiceren. Moet je dan niet wachten tot je je boodschap vol overtuiging kunt verkondigen?

Doel
Gebruik onzekere woorden dus alleen als ze nut hebben. En of ze nut hebben, hangt ook af van het doel van je tekst. Moet je iets verkopen, een idee of product, dan ben je stellig en vergeet je genuanceerde woorden. Is je doel informeren, dan doe je dat neutraal en doelmatig. Ben je een onderzoeker of journalist en wil je een onderwerp beschouwen, dan doe je dat objectief en genuanceerd en is het dus nuttig om je woorden voorzichtig te kiezen.

Check dus je tekst op slagen om de arm en kijk of genuanceerde woorden echt nuttig zijn.




Blog 3 Waarom doen we zo moeilijk?


Waarom schrijven juristen (in spe) zo moeilijk? Waarschijnlijk kunnen ze niet anders, want zo hebben ze leren schrijven. Dus horen teksten zo, denken nogal wat mensen. Bovendien is het vaak lastig om begrijpelijke teksten te schrijven, dus op B1-niveau. Want vaak is helemaal niet duidelijk wat er nu precies bedoeld wordt in die abstractere teksten, hoe je bepaalde woorden moet 'vertalen'.  Hieronder noem ik enkele redenen waarom we zo moeilijk doen.

Status
Een vaak genoemde reden voor het schrijven van teksten op een hoger taalniveau, is de status ervan. Dan kun je laten zien wat je allemaal in je mars hebt. Indruk maken. Dat de kloof met je lezers daardoor groter wordt, omdat die er niets van begrijpt, doet er blijkbaar niet toe. Bovendien doe je jezelf tekort, als je je verslikt in de moeilijke zinnen en er formuleerfouten in de tekst sluipen. Ook teksten met d/t-fouten of andere spellingsfouten doen niet wat ze moeten doen. Daarnaast gaat de lezer twijfelen aan je inhoudelijke kennis.  

Onzekerheid
Je gebruikt vaak ingewikkelde taal of te veel woorden om je eigen onzekerheid te verbergen. Je weet niet zo goed hoe een bepaalde kwestie precies in elkaar zit of beheerst je vak (nog) niet zo goed. En dan is het wel heel lastig om op B1-niveau te schrijven. Je kunt iets dan niet concreet uitleggen. Dubbelzinnigheid voelt veiliger, omdat je dan nog kunt vluchten naar een andere uitleg.

Luiheid
Moeilijk schrijven is ook een vorm van luiheid: je wilt je blijkbaar niet inspannen om de ander te bereiken. Je wilt je niet verdiepen in de ander en daar tijd aan besteden. Dat je daardoor je doel niet bereikt en er misverstanden ontstaan, omdat de lezer iets anders begrijpt dan de jurist bedoelt, doet er blijkbaar niet toe. En dat je eigenlijk je geld verspilt, is ook niet van belang, lijkt het. Alle tijd die je nu moet besteden aan extra (telefonische) uitleg, is dure tijd en had je aan de inhoud kunnen besteden.

Noodzaak
Niet in alle sectoren schrijft men moeilijk. In een handleiding over het onderhouden van vliegtuigen is B1 verplicht. Een vliegtuig moet immers altijd goed onderhouden zijn en de instructies moeten concreet zijn en maar op één manier uit te leggen. Iedere monteur, waar dan ook, moet de hoogste kwaliteit leveren. Abstracties en dubbelzinnigheden zijn dus verboden. Uit noodzaak, want niemand durft het vliegtuig te nemen als het onderhoud niet op orde is.

Invloed
B1 kan dus van levensbelang zijn. Dat geldt in de luchtvaartsector. Maar ook andere juridische teksten hebben vaak enorm veel invloed op mensenlevens. Daarom zet ik me graag in voor teksten die nauwkeurig en concreet zijn.




Blog 2 Begrijpelijk schrijven moet van de wet


Iedere Nederlander wordt geacht de wet te kennen. Maar in die wet staan heel wat zinnen waar de gewone burger geen chocolade van kan maken. De Grondwet is bijvoorbeeld onleesbaar voor veel Nederlanders. Daarom is er ook een versie verschenen in eenvoudig Nederlands. Ook is er een boek over de wet in gewoon Nederlands. Maar deze kosten geld en je moet er moeite voor doen.

Europees geregeld
Begrijpelijk schrijven zou vanzelfsprekend moeten zijn, want in het recht gelden bepaalde principes. Als bijvoorbeeld in een contract en de voorwaarden iets onduidelijks staat, dan moet dit uitgelegd worden in het nadeel van degene die het contract geschreven heeft (artikel 5 Richtlijn 93/13/EEG).

B1 veiliger
In Nederland is dit in het Burgerlijk Wetboek geregeld (artikel 6:238 lid 2). De rechter kan bijvoorbeeld zeggen dat de overeenkomst of voorwaarde niet geldt of dat delen ervan niet redelijk zijn voor de consument (artikel 6:233 Burgerlijk Wetboek). Dure woorden kunnen je dus duur komen te staan. In B1 schrijven is dan ook veiliger dan in C2.

Rekening houden met…
De Hoge Raad schrijft dat je overeenkomsten niet alleen moet beoordelen op de juridische bewoordingen in de tekst. Het is ook van groot belang dat rekening wordt gehouden met de sociale-economische achtergrond van mensen en met wat zij begrijpen van wat je met de overeenkomst wilt bereiken, wat het doel is. Dit schrijft de raad in het Haviltex-arrest.

Algemene beginselen van behoorlijk bestuur
Als een ministerie, provincie, waterschap of gemeente een beslissing neemt, dan gelden de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Deze staan in de Algemene wet bestuursrecht, uitspraken van rechters en in wetenschappelijke literatuur. Volgens deze beginselen heeft de burger of een bedrijf recht op begrijpelijke taal: de beslissing moet begrijpelijk zijn en de overheid moet deze met argumenten onderbouwen. Als ze dit niet doet, dan kun je naar de rechter, die kan zeggen dat de beslissing niet geldt.

Lex certa
In het strafrecht noemen ze het recht op begrijpelijke taal: lex-certa. De regel moet duidelijk zijn, dus niet abstract of dubbelzinnig, maar concreet en slechts op één manier uit te leggen. Welk gedrag is onder welke voorwaarden wel of niet strafbaar?

Dubbelzinnige taal mag niet
Ons recht is dus duidelijk: abstracte, dubbelzinnige taal in juridische teksten mag niet. De taal van het recht moet begrijpelijk zijn voor degene die ernaar moet handelen. Schrijf juridische taal dus in B1. Daar heeft de lezer recht op.

Blog 1 Heldere taal


Op deze site kon je al over B1 lezen. Wat is dat dan, vraag je je misschien af. B1 slaat op een meetlat die 46 Europese landen gebruiken om taalniveaus te meten: het Europees Referentiekader. Als je op de link klikt, kom je uit bij de uitleg die de taalbrigade geeft.

Eenvoudig Nederlands
Het komt erop neer dat er zes taalniveaus zijn in spreken, schrijven, luisteren en lezen: A1 en A2, B1 en B2, C1 en C2. A1 is het laagste niveau en C2 het hoogste. Als je een taal op B1-niveau beheerst, kun je teksten in eenvoudig Nederlands begrijpen. Dat geldt voor zo’n 95% van de bevolking.

C1 is vaak onnauwkeurig
Veel teksten, zoals hypotheekvoorwaarden, aanvraagformulieren of medicijnenbijsluiters, worden echter op C1-niveau geschreven. Hierin staan veel vaktermen, ingewikkelde zinnen en is de taal formeel, dubbelzinnig en abstract. Slechts 40% van de bevolking begrijpt deze teksten, terwijl de gevolgen daarvan zeer ernstig kunnen zijn.

Ook B1 voor theoretisch opgeleiden
En die 40% leest ook liever teksten op B1-niveau. Die lezen ze immers sneller en gemakkelijker. Ze hoeven zich het hoofd niet te breken over abstracties, dubbelzinnigheden en lange en ingewikkelde zinnen, wat veel tijd en geld scheelt. Ook zij gaan voor nauwkeurigheid en eenvoud.

Doel bereiken
Met deze B1-teksten bereik je je doel, namelijk dat de lezer doet wat in je tekst staat, zoals op tijd zijn medicijnen innemen. Als je weet dat in Nederland ieder jaar 1250 mensen sterven door fout medicijngebruik en dat de therapietrouw in Nederland laag is, dan heb je alle reden om leesbare teksten te schrijven.

Jip-en-janneketaal
Sommigen noemen eenvoudige taal in een heldere structuur jip-en-janneketaal. Dit is echter geen kleutertaal, maar concrete, begrijpelijke taal die je maar op één manier kunt opvatten. Met zo’n tekst bereik je je doel en daar gaat het toch om?